I De Mensenzoon blijft spreken. Deze kleine man leidt ons in Gods werk met elke stap. wij doorstonden vele tests en kastijdingen, en we zijn ook beproefd met de dood. Wij leren van Gods rechtvaardigheid en majesteit en genieten van Gods mededogen en Zijn liefde. We waarderen Zijn wijsheid en Zijn kracht, zien dat Hij lieflijk is en de mens wil redden. In de woorden van deze gewone persoon, leren we Gods wezen, wil en gezindheid. We leren ook de aard en het wezen van de mens, en zien het pad van redding, vervolmaking. II Zijn woorden laten ons sterven en herboren worden. Ze geven ons schuld en blaam. Toch brengen ze ons ook veel troost. Ze brengen veel pijn, maar ook vreugde en liefde. Nu vijanden tot as verbrand zijn door Zijn toorn, nu lammeren voor Zijn slachting, nu Zijn oogappel, wij zijn die Hij redt, we zijn maden in Zijn ogen, we zijn lammeren waar Hij naar zoekt, dag en nacht. In de woorden van deze gewone persoon, leren we Gods wezen, wil en gezindheid. ... uit ‘Volg het Lam en zing een nieuw lied’
Hide player controls
Hide resume playing